Bamboe behoort tot de grassenfamilie. De stengels van bamboe zijn hol en op geregelde afstanden van elkaar ontstaan knopen waaraan de bladeren groeien. Sommige bamboesoorten in Azië kunnen een hoogte van 50 meter bereiken. In één dag kan zo’n plant 20 centimeter in lengte toenemen.
Met de bloei is iets bijzonders aan de hand. Sommige bamboesoorten (de soorten die een pol vormen) bloeien zelden. Eens in de ongeveer honderd jaar en dan komen deze bamboeplanten wereldwijd op hetzelfde moment in bloei om vervolgens massaal af te sterven. Hoe is het mogelijk dat deze planten, die verschillend in leeftijd kunnen zijn en soms op duizenden kilometers van elkaar staan, tegelijkertijd gaan bloeien? Je zou zeggen dat dit wel afstammelingen van één bamboeplant moeten zijn, klonen zogezegd, met eenzelfde ‘ingebouwde’ genetische tijdklok. Dit geldt dus niet specifiek voor één enkele soort, maar diverse soorten bamboe laten dit fenomeen zien. Grote Aziatische bamboebossen kunnen zomaar ineens gaan bloeien en sterven daarna massaal af. Het is een mysterie waar de deskundigen nog niet uit zijn.