Ammonieten worden als fossiel gevonden, ze behoren tot een
uitgestorven soort inktvisachtige
zeedieren. De spiraalvormige windingen bestaan uit diverse kamers die elke keer
groter werden naarmate de ammoniet groeide. In de laatste en grootste kamer
huisde dit zeedier. Zijn naam heeft hij blijkbaar te danken aan de Egyptische god
Amon. De ramshorens waarmee Amon werd afgebeeld lijken sterk op deze schelpen. (Eigenlijk
zou het dus meer voor de hand hebben gelegen om de schelpen een naam te geven die
gebaseerd is op deze horens). Fossielen van de ammoniet variëren in grootte van minder
dan een centimeter tot 2,5 meter.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten