De schelp van de
Penhoren (Turritella communis) is het spiraalvormige huisje van een zeeslakje
dat ik vond aan de Ierse Westkust nabij Polranny. Dit slakje houdt van relatief
rustig water en vindt dat hier in de baaien, waar hij zich ingraaft in de modderige
bodem. Door zijn kleine kieuwen filtert het weekdiertje de hele fijne
voedseldeeltjes uit het water, meestal samen met vele soortgenoten. De kleuren
van de schelpen variëren, ze gaan van bleekwit naar geelachtig, bruin en
bruinrood. Ze worden maximaal 60 millimeter lang en 15 millimeter breed. Het
schelpje komt beperkt ook in Nederland voor en dan voornamelijk in de noordelijke
provincies en op de Waddeneilanden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten